Skip to main content

Aldoende

Het Scheepvaartmuseum heeft, met inhoudelijke steun van Stichting Stil Verleden, een educatieve rondleiding voor groep 7 & 8 van de basisschool ontwikkeld, met als titel ‘Onvrije Verhalen’.

De collectie van het museum is aanknopingspunt om te verhalen over de herkomst van de rijkdom van de Gouden Eeuw. Het is een leerzaam programma, waarin wordt verteld over de tot slaaf gemaakten die door de WIC naar o.a. Suriname werden vervoerd om te werken op de suikerplantages. Gratis arbeidskrachten die volledig van hun identiteit waren beroofd. Handel per schip, daar waren de Hollanders goed in. De slavenhandel stond als het ware op gelijke voet met die van de handel in spullen. Dat was de onmenselijke werkelijkheid destijds.

Ook de minder bekende, door de VOC in Zuidoost Azië tot slaaf gemaakten, passeren de revue. De geheime talen van de slavernij (dans en kleding) komen even aan bod en de herkomst van het sinaasappeltje op schilderijen uit de Gouden Eeuw. Dat kwam uit China (china-appel dus) samen met het bekende Chinese porselein.

De museumdocent benadrukt dat slavernij van alle tijden en culturen is; zo hielden de oude Romeinen ook slaven en wordt anno 2018 het paspoort afgenomen van vrouwen die vervolgens in de seksindustrie terecht komen. Het is mooi om te zien hoe leerlingen van groep 8 van de Amsterdamse school Aldoende op 5 en 9 maart reflecteren op de slavernij in de overzeese gebiedsdelen. Hoe ze meedenken over moderne slavernij in de kledingindustrie. Petje af voor de voorbereiding op school. Die weerspiegelt zich duidelijk in houding, vragen en opmerkingen van de leerlingen.

Het Scheepvaartmuseum zet een inzichtgevend programma neer over historische èn moderne slavernij. Over het op geld belust zijn van mensen, waaraan anderen volledig ondergeschikt worden gemaakt. De leerlingen krijgen geschiedenislessen van waaruit hen gevraagd wordt zich te verplaatsen in de omstandigheden op de plantages, en in die aan boord van een slavenschip. Ook worden ze gestimuleerd om zich te ontwikkelen tot bewuste burgers die weten wat ‘fair trade’ is, die vragen stellen over de herkomst van spullen. In de Gouden Eeuw, gezeten aan een rijk beladen eettafel, deden de gegoede burgers dat waarschijnlijk niet. Men stond vast niet stil bij de slavenarbeid die de suiker voor een heerlijk zoet toetje had geleverd. Het besef dat slavernij moest worden afgeschaft, kwam maar héél langzaam op gang. Nederland begon vanaf 1860 de slavernij af te schaffen. In Suriname gebeurde dat in 1863, waarbij de slaven nog 10 jaar onder Staatstoezicht moesten werken. Werkelijk vrij waren ze pas in 1873.

Aan het eind van de tour is een filmpje te zien waarin Maria Karg van Stichting Stil Verleden aan de hand van een koffer met slavernijgerelateerde artikelen als specerijen, katoen, ketenen en suikerbrood haar verhaal vertelt. Tijdens de twee bezoeken van de kinderen van Aldoende is Maria er in levende lijve bij. Ze praat over haar komst naar Nederland en over de herkomst van haar stamvader uit Duitsland. Hij kreeg kinderen met de vrijgekochte slavin Jaspis. Hij echtte deze kinderen, waardoor zij en hun moeder vermeld staan in het Manumissieboek; het overzicht van vrijgekochte slaven. Zo krijgt het verhaal van de slavernijgeschiedenis een tastbare persoonlijke kleur.

slavernij scheepvaartmuseum educatie

Reacties (4)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *