Spakenburg en afschaffing slavernij in 1963
Een prachtige zaal in de Adventskerk in Spakenburg op 10 november 2015, aangekleed met lopers en bloemen in de vaas op tafel, het podium met lessenaar en microfoon uitgerust en een dienblad met karaf en water staan klaar. We gaan beginnen, om in de termen van een televisiepresentator te spreken. Zo ver is het nog niet. De koster is de eerste aanspreek persoon. Hij is degene die zorgt dat alles gereed is. Om 19.30 uur komen de eerste gasten aangelopen. Sommigen mooi uitgedost in klederdracht. Ik loop naar ze toe en maak kennis met ze en heet ze welkom. Zo druppelen de gasten binnen en maak ik met iedereen kennis. Wat heel opvallend is, dat ze geen idee hebben dat ik degene ben, die vanavond de lezing zal verzorgen. Toen ik merkte dat ze niet meteen reageerden, vertelde ik het er later meteen bij.
Hadden ze een ander persoon voor zich verwacht? Ik weet het niet, ik heb het ze ook niet gevraagd. Wel kreeg ik van de contactpersoon, overigens ook een naamgenoot te horen, dat de gasten van humor hielden. Ik en humor, dacht ik, die heb ik niet. Er schreden nog meer oudere dames in klederdracht binnen en al werd duidelijk dat er dames waren die hun zondagse klederdracht aangedaan hadden. Er waren ook anderen, die hun doordeweekse aan hadden. De sfeer was en rustig, gesprekken vonden onderling plaats en tegelijkertijd was koffie en thee een mooi ontvangst.
Zoals gebruikelijk bij de organisaties van Passage, van christelijk maatschappelijke statuur, wordt eerst begonnen met aandacht voor de medemens en de mededelingen. Daarna wordt overgegaan tot een stuk uit de bijbel wat voorgelezen wordt. De voorganger had een tekst uitgekozen wat passend was bij de lezing, uit exodus en behorend bij de actualiteit van vandaag, de vluchtelingen. Bijpassende liederen en het gebed volgen en aansluitend kan de lezing beginnen.
In deze prachtige zaal vertel ik het verhaal over het Nederlands slavernijverleden door de eeuwen heen van de Oudheid tot nu aan ongeveer 60 gasten. Het is stil, heel stil, er wordt geluisterd en gekeken . Voor sommigen herkenbaar, voor anderen een eerste kennismaking en zeker met de VOC, die ook haar slaven had. Tijdens de pauze is er tijd om van gedachten te wisselen. Als de christenslaven voorbijkomen, worden er vragen gesteld en de Zierikzee kas als erfgoed wordt genoemd, blijkt dat velen dit verhaal niet kennen. Een opsomming van de rol van de religies trekt eveneens de aandacht. Aan de hand van de erfgoedobjecten wordt het tweede deel verteld. Vooral veel interesse voor de kalebas die een link heeft met de slavernij. Een link met de Surinaamse klederdracht wordt gelegd. En we eindigen met een paar dames die graag op de foto gaan.
Anekdote uit 1963
In Spakenburg werden in de zestiger jaren voorstellingen uitgebeeld tijdens Koninginnedag. Zo ook in 1963 met het thema: afschaffing van de slavernij. Jonge meiden uit Spakenburg hadden zich voor die gelegenheid geheel zwart laten schminken. En zo is ook Spakenburg meer dan vijftig jaar geleden met slavernij in aanraking gekomen.